Angst: Je bent je brein niet. Deel 1.
Angst: Je bent je brein niet. Deel 1.

Angst: Je bent je brein niet. Deel 1.

Ik speel al langer met het idee voor een artikel over onze diepste drijfveer. De ‘driver’ die ons dagelijkse gedrag onbewust bepaalt. Je raadt het al: angst. Angst om niet goed genoeg te zijn, angst om te falen, angst om er alleen voor te staan, angst om dood te gaan. Iedereen heeft angsten. Ook ik. Tijd voor om onze angst en het brein waarin die angsten besloten liggen eens van dichtbij te bekijken. Want wat is angst nou eigenlijk? En is het ook nog ergens goed voor?

Angst onder de loep
Al schrijvende kwam ik erachter dat angst helemaal niet zo eenvoudig te beschrijven is als ik dacht. Angst komt dan ook in vele vormen en kan zich uiten in duizenden fobieën, neuroses, dwangmatige handelen, verslavingen en andere angst onderdrukkende middelen. Zo opgesomd lijkt angst alleen maar negatief en lijken we er in de moderne tijd alleen maar last van te hebben.

Ons brein en belemmeringen die daarin besloten liggen, staan verbinding vaak in de weg en houden ons tegen in wat we willen bereiken.

Ik heb dan ook besloten er twee delen van te maken. Eén over wat angst is, hoe ons brein werkt en hoe het onbewust een grote rol speelt in het dagelijks functioneren van teams en organisaties en in de belemmering van persoonlijke of zakelijke groei. In deel 2 keren we het om en kijken we hoe we onze angsten juist bewust kunnen inzetten voor persoonlijke of zakelijke groei.

Veiligheid en zekerheid  
Angsten ontstaan in ons brein. Een angstprikkel in het brein heeft dan ook de functie om ons psychologische veiligheid en zekerheid te bieden. Onze hersenen scannen continu onbewust en bewust de omgeving af op het verkleinen van risico’s. Dit werkt in ieder brein weer anders en ieder persoon heeft dan ook een andere relatie met angst. Zo kan een stoere kickbokser bang zijn voor spinnen en een klein meisje van bungeejumpen houden. De buitenkant zegt niks over de binnenkant. Wel heeft het brein zich, sinds het ontstaan van leven, continu aangepast aan de omgeving. Survival of the fittest. Evolutie.

Verschillende delen
In het algemeen worden vanuit de neurowetenschap drie verschillende delen van ons brein onderscheiden. Elk ontstaan in een verschillende periode in onze evolutie. Elk met hun eigen functie en bepalend voor ons alledaagse gedrag:

  • Reptielenbrein (Oerbrein): ons overlevingsbrein, waarin onze instincten zitten verstopt en zo razendsnel kan beslissen: vluchten, bevriezen of vechten
  • Zoogdierenbrein (Limbisch brein): ons sociale brein, reguleert en neemt beslissingen op basis van emoties en affectiviteit
  • Rationele brein (Neo-cortex): het denkbrein, nemen van weloverwogen besluiten op basis van cognitieve informatie, zintuigelijke waarnemingen en feiten

De drie delen van ons brein

Het oerbrein
We zoomen even in op het oudste deel: het oerbrein. Dit reptielenbrein neemt razendsnelle beslissingen op basis van angst. De prikkel die wordt afgegeven als we ons onveilig voelen: Fight, freeze or flight. Iedereen wordt ermee geboren en gaat ermee dood. Angst is vanuit ons oerbrein dan ook heel verklaarbaar en functioneel. De functie is namelijk zelfbehoud, nodig om snel te reageren op gevaar.

Het limbische brein
Ook het limbische brein kent angsten, maar dan vaak om sociale redenen. Veel van de angsten in ons limbische brein zijn gebaseerd op angst om buiten de groep te vallen. Hechting en vertrouwen op jonge leeftijd zorgde ervoor dat je bescherming kreeg. De groep beschermde ons tegen gevaar van buitenaf en zorgde ervoor dat we ons makkelijker konden aanpassen aan de omgeving. Al onze sociale patronen zijn hiervan afgeleid. De cultuur bepaalt wat geaccepteerd is en wat niet. Zo ontstaan ongeschreven regels die mensen, soms onbewust, aan elkaar doorgeven. Dit is mooi te zien in dit experiment over ’Ongeschreven regels’ van illusionist Victor Mids:

Als je aan een team vraagt: Waarom doen jullie dat zo? En je krijgt als antwoord: “Zo hebben we dat altijd gedaan” of “zo gaat dat hier nu eenmaal” zijn er signalen van een ingesleten cultuurpatroon.

Angst en vertrouwen
Niemand weet meer waarom ze het zo doen. Funest voor innovatie en verandervermogen. Dit heeft onder andere te maken met psychologische veiligheid (meer hierover in deel 2). Als deze veiligheid ontbreekt om bv. fouten te mogen maken, zijn mensen nog sneller geneigd elkaar te volgen. Dit betekent wat voor het leiderschap. Een goede leider doorziet dit soort patronen en schept een veilige omgeving, waarin afwijkende meningen worden gewaardeerd en er geleerd mag worden. Van fouten en van elkaar. Dat creëert vertrouwen. De tegenhanger van angst.

Hechting als basis voor vertrouwen
Angsten worden, net als vertrouwen, bepaalt in een vroeg stadium van een mensenleven (zie de hechtingstheorie van John Bowlby). Ze worden beïnvloed door ervaringen die we tijdens ons leven opdoen. Die ervaringen maken hoe we ons denken en gedragen in interactie met anderen. Hoe hechter de relatie, hoe meer dit een beroep doet op onderliggende veiligheid. Want een dierbaar iemand wil je vertrouwen en door vertrouwen wordt iemand je dierbaar. Die ervaring krijgt een plek in ons limbisch brein. Wetenschapper Konrad Lorenz (omstreden vanwege zijn nazi-sympathieën) toonde aan dat niet alleen zoogdieren zich hechten, maar alle dieren. Dat dat geen onderdeel is van onze hersenen, maar deel van het DNA dat in elk levend wezen aanwezig is. Een biologisch gestuurd hechtingsmechanisme. Het zogenaamde imprinting.

Mensen en dieren zijn biologisch geprogrammeerd om contact te maken en zich te hechten aan anderen

(John Bowlby, psycholoog)


Rationele brein
Terug naar het brein. Het jongste deel van onze hersenen is de neo-cortex. De plek waarin het denken plaatsvindt door de inzet van gedachten. Gedachten waardoor we kunnen plannen, organiseren, leren en de gevolgen van onze handelen kunnen inschatten. Een grote supercomputer, waarmee we de meest fantastische innovaties kunnen creëren. Maar die voor sommige theoretisch opgeleide ‘denkers’ ook een last is. Ze hebben last van dwangmatig denken, die hen weerhoudt van in het hier-en-nu te leven. Meer over deze spirituele kant van angst, het ego en het hier-en-nu in deel 2: Angst, je bent je brein niet.

Sommige mensen identificeren zich met hun brein. Ze zijn hun gedachten.

(Eckhart Tolle)

Bronvermelding
The Art of Holding Space (2020) – Heather Plett
Attachment Theory (1976) – John Bowlby
Imprinting (1935) – Konrad Lorenz
De kracht van het NU (2001) – Eckhart Tolle

Meer lezen?
Zijn alle onbewuste beslissingen producten van ons reptielenbrein? (verkenjegeest.com)